Er was eens een mannetje
ergens ver hier vandaan
Hij had een bijzonder
belangrijke baan
Hij hield alles bij
van iedereen op de aarde
En zorgde dan dat hij
dat alles bewaarde
Hij hield bij wie lief was
en wanneer niet
Wanneer iemand pijn had
of stierf van verdriet
Wanneer iemand boos deed
of lomp of gemeen
En hij hield dat niet alleen bij
naar het scheen
Nee nee hij deed meer
Hij maakte wat krom was weer recht
Nou ja dat werd door de mensen
over hem gezegd
Dat hij zorgde voor evenwicht
tussen de dingen
Dat alles wat lief was
toch zou overwinnen
Ik sprak hem laatst
want toen kwam ik hem tegen
Hij deed even boodschappen
op de markt in de regen
Toen vroeg ik hem
hoe hij dat nou toch presteert
Dat uiteindelijk wat goed is
toch wordt geƫerd
Hij keek me aan en zei
Je hebt het mis
Ik vrees dat dat een
broodje aap verhaal is
Ik schrijf weleens wat op
voor mijn eigen plezier
Maar daar doe ik niks mee
het is gewoon dood papier
Ik vroeg wat dan alles
in evenwicht maakt
(Want daar was ik zelf
wel gehecht aan geraakt)
Hij keek me aan
en schudde zijn hoofd
Daar heb je dan echt
voor niks in geloofd
Tenminste, ik ben het niet
die dat doet
En toen hebben we elkaar
maar gegroet
Een illusie armer
liep ik bij hem vandaan
Wat heb ik dan
al die jaren gedaan?
Want net als dat mannetje
hield ik alles bij
Een schaduwboekhouding
voor hem en voor mij
Voor het geval dat ik mij
moest verklaren
Aan het einde
van mijn levensjaren
Gek hoe ik nu mis
wat eigenlijk nooit heeft bestaan
Nou ja misschien heel misschien
wen ik er wel aan